
Met de komst van het wetsvoorstel Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden (VBAR), vragen opdrachtgevers zich soms af of het inhuren van zelfstandigen risico’s met zich meebrengt.
Voor wat betreft een hoogopgeleide en ervaren expert van TIAG is dat niet het geval, maar laten we dat toelichten.
Het doel van het wetsvoorstel VBAR is om schijnzelfstandigheid tegen te gaan en duidelijkheid te scheppen in de beoordeling van arbeidsrelaties. Hiervoor introduceert het wetsvoorstel een toetsingskader dat helpt bij het vaststellen of een arbeidsrelatie kwalificeert als zelfstandigheid of werknemerschap. Voorlopers van deze wet waren de wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA, 1 mei 2016) en daarvóór de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR, 1 januari 2001). Beide wetten zijn onwerkbaar gebleken en nooit volledig gehandhaaft. Met de VBAR wordt nu een nieuwe poging gedaan. De belangrijkste onderdelen van de VBAR zijn:
1. Toetsingskader voor arbeidsrelaties waarbij wordt gekeken naar indicaties voor werknemerschap zoals (1) De mogelijkheid voor de opdrachtgever om instructies te geven over de uitvoering van het werk, en (2) het verrichten van werkzaamheden binnen het organisatorisch kader van de opdrachtgever.
Indicaties van zelfstandigheid zijn onder meer het dragen van financiële risico’s door de zelfstandige, en zelf verantwoordelijk zijn voor materialen, gereedschappen en resultaten.
2. Rechtsvermoeden van werknemerschap
Voor zelfstandigen met een uurtarief onder een grensbedrag (bijvoorbeeld € 33,00) wordt aangenomen dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Dit is bedoeld om werkenden aan de onderkant van de arbeidsmarkt beter te beschermen.
3. Beoogde inwerkingtreding
Het wetsvoorstel is nog in ontwikkeling, met een geplande inwerkingtreding op 1 januari 2026. Tot die tijd geldt de huidige wetgeving waarbij wordt opgemerkt dat die jammerlijk heeft gefaald en er niet of nauwelijks sprake is geweest van toetsing. Dat laatste wordt geacht met de invoering van de VBAR te veranderen.
Waarom TIAG niet onder dit risico valt:
– Uurtarieven: TIAG werkt met marktconforme tarieven die passen bij de aangeboden diensten. Ze zijn van een orde grootte die duidelijk maakt dat het rechtsvermoeden hier niet van toepassing is.
– De professional van TIAG is ervaren en hoogopgeleid, werkt zelfstandig, draagt eigen verantwoordelijkheid en bepaalt zelf hoe het werk wordt uitgevoerd.
– De overeenkomst tussen inhuurder en TIAG is een duidelijke opdrachtrelatie en bevat een heldere omschrijving van de dienstverlening; ook wordt daarin de zelfstandige positie van de expert benadrukt, waardoor er geen sprake kan zijn van een verkapte arbeidsovereenkomst.
– Een TIAG expert kan slechts fulltime worden ingehuurd voor een korte periode (max. 5 maanden). Gebruikelijk is inhuur op uurbasis voor een kortere of langere periode afhankelijk van het project. Fulltime inhuur voor een langere periode is geen optie – in dat geval adviseert TIAG de opdrachtgever om een medewerker in vaste dienst te nemen (eventueel met een projectcontract).
Tot slot: Het inhuren van een expert via TIAG brengt geen risico met zich mee in het kader van het wetsvoorstel VBAR. Dit voorstel richt zich voornamelijk op het beschermen van kwetsbare werkenden, terwijl de ervaren en hoogopgeleide experts van TIAG duidelijk vallen onder zelfstandigheid. Na het gezamenlijk ondertekenen van de overeenkomst kunt u met een gerust hart gebruik maken van de expertise die TIAG te bieden heeft, zonder zich zorgen te maken over mogelijke juridische implicaties.
Wilt u meer weten over onze werkwijze en de garanties die wij bieden? Neem dan gerust contact met ons op!